Via het systeem van flexi-jobs kunnen gepensioneerden en bepaalde werknemers tegen gunstige voorwaarden een centje bijverdienen, terwijl werkgevers op een flexibele en voordelige manier extra personeel kunnen inzetten op piekmomenten. Sinds 1 januari 2023 is het mogelijk om als lokaal bestuur in de zorgsector flexi-jobbers te werk te stellen, maar dit is beperkt tot de ondersteunende jobs waarvoor geen specifiek zorgdiploma vereist is (keuken, onderhoud, poets, administratie, …) en dus niet voor verplegende en verzorgende functies.
Voorwaarden
Zowel de persoon die bijklust als het bestuur doet zijn voordeel met het systeem van flexi-jobs.
- Wie bijklust in een flexi-job, betaalt op de extra inkomsten geen belastingen of sociale bijdragen. Het brutoloon is dus het nettoloon. De flexi-jobwerknemer bouwt bovendien sociale rechten (werkloosheidsuitkering, pensioen, vakantie ...) op.
- Het bestuur betaalt een verlaagd tarief van maar 25 % werkgeversbijdragen boven op het loon van een flexi-jobber.
Wie mag werken in een flexi-job?
- werknemers die al minstens 4/5 werken voor een of meerdere andere werkgevers dan de flexi-jobwerkgever.
- Concreet moeten ze in het derde kwartaal dat aan het werk in de flexi-job voorafgaat, minstens 4/5 voor die werkgever(s) hebben gewerkt;
- Ze mogen zich niet bevinden in een periode gedekt door een verbrekingsvergoeding of een ontslagvergoeding ten laste van de werkgever bij wie hij de flexi-job uitoefent;
- Ze mogen zich niet bevinden in een opzeggingsperiode;
- Ze mogen niet tewerkgesteld zijn met een arbeidsovereenkomst bij de gebruiker aan wie hij door een uitzendkantoor ter beschikking wordt gesteld om een flexi-job uit te oefenen.
- gepensioneerden. De flexi-jobwerknemer moet gepensioneerd zijn tijdens het tweede kwartaal dat voorafgaat aan het kwartaal waarin hij prestaties in het kader van een flexi-jobarbeidsovereenkomst verricht.
Wie mag flexi-jobbers inschakelen?
Lokale besturen kunnen flexi-jobwerknemers inschakelen in de zorgsector (publieke zorgsector met als NACE-code 86101, 86102, 86103, 86104, 86109, 86210, 86901, 86903, 86905, 86906, 86909, 87101, 87109, 87301, en 87302), maar enkel voor ondersteunende jobs waar geen specifiek zorgdiploma nodig is.
Het gaat dus om functies als onthaalmedewerker, poetskracht, keukenhulp, …
Procedure
Het bestuur moet beslissen dat er wordt overgegaan tot het inschakelen van flexi-jobmedewerkers. Het zal de aanstellende overheid zijn die deze beslissing neemt.
Daarna moeten er 2 overeenkomsten (zie bijlagen*) afgesloten worden, nl.
- een raamovereenkomst;
- een individuele arbeidsovereenkomst – in uitvoering van de raamovereenkomst. Het is mogelijk dat er binnen de raamovereenkomst meer dan één individuele flexi-jobovereenkomst wordt afgesloten.
De flexi-jobwerknemer en de flexi-jobwerkgever sluiten een raamovereenkomst. De raamovereenkomst vermeldt de identiteit van beide partijen en de afspraken over de manier waarop het bestuur de werknemer zal oproepen, het loon, een beschrijving van het uit te voeren werk, ...
Als het bestuur de werknemer daadwerkelijk aan het werk wil zetten, sluiten hij en de werknemer een arbeidsovereenkomst van bepaalde duur of voor een duidelijk omschreven werk. Dat mag in principe zowel mondeling als schriftelijk gebeuren, maar schriftelijk is wel aangewezen. De werknemer heeft ook het recht om niet op de oproep in te gaan.
De werkgever geeft de flexi-job aan in Dimona. Het bestuur doet één dimona-aangifte voor de hele periode die door de arbeidsovereenkomst wordt gedekt, maar minstens één keer per kwartaal (kwartaaldimona).
Bedrag
De flexi-jobwerknemer ontvangt het uurloon dat overeengekomen is in de raamovereenkomst. Daarin is het flexivakantiegeld inbegrepen.
Het uurloon bedraagt met ingang van 1 januari 2023 14,29 euro. Daarnaast ontvangt de flexi-jobwerknemer nog een vakantiegeld van 1,10 euro per uur. Beide bedragen worden op hetzelfde moment uitbetaald.
De flexi-jobwerknemer betaalt daarop geen bedrijfsvoorheffing, geen persoonlijke socialezekerheidsbijdragen en geen inkomstenbelastingen. Er is geen risico om in een hogere belastingschijf te vallen omdat het flexiloon niet aangegeven hoeft te worden in de belastingbrief.
Het bestuur betaalt een bijzondere werkgeversbijdrage van 25%. Dit is dus minder dan de ‘gewone’ werkgeversbijdragen.